Historische achtergrond

De combinatie van balletjes met tomatensaus werd vooral populair in België in de 19e en 20e eeuw, mede dankzij de opkomst van brasserieën en volksrestaurants waar eenvoudige, voedzame gerechten centraal stonden. Balletjes in tomatensaus – vaak geserveerd met frietjes of aardappelpuree – zijn stevig verankerd in de Belgische eetcultuur. Het gerecht wordt beschouwd als comfort food en is vooral populair in Brusselse brasserieën en Vlaamse keukens.

Ingrediënten

Voor de balletjes:

• 500 g gemengd gehakt (rund en varken)

• 1 ei

• 2 el paneermeel of broodkruim

• 1 teentje knoflook (fijngehakt)

• 1 el fijngehakte peterselie

• Peper en zout naar smaak

• Klein scheutje melk (optioneel, voor smeuïgheid)

Voor de tomatensaus:

• 1 ui (gesnipperd)

• 1 teentje knoflook (fijngehakt)

• 2 el olijfolie

• 500 ml tomatenpassata (of gezeefde tomaten)

• 1 el tomatenpuree

• 1 el suiker (om de zuurte te breken)

• 1 tl gedroogde oregano of basilicum

• Peper en zout naar smaak

• Eventueel een beetje bouillon of rode wijn voor extra smaak

Bereiding

1. De gehaktballetjes

1. Meng het gehakt met ei, paneermeel, look, peterselie, zout en peper in een grote kom.

2. Voeg eventueel een klein scheutje melk toe als het mengsel te droog is.

3. Rol kleine balletjes van ongeveer 3-4 cm doorsnede.

4. Bak de balletjes in een pan met een beetje olie tot ze mooi bruin zijn aan alle kanten (ze hoeven nog niet volledig gaar te zijn).

2. De tomatensaus

1. Verhit olijfolie in een diepe pan en fruit de ui glazig.

2. Voeg de knoflook toe en bak kort mee.

3. Voeg de tomatenpuree toe en laat 1 minuut meebakken om te ontzuren.

4. Giet de tomatenpassata erbij, samen met de suiker, kruiden, zout en peper.

5. Laat dit 10 minuten zachtjes pruttelen. Voeg eventueel een scheutje bouillon of wijn toe voor extra smaak.

3. Balletjes in de saus

1. Voeg de aangebakken balletjes toe aan de saus.

2. Laat alles 20-25 minuten sudderen op laag vuur, tot de balletjes volledig gaar zijn en de saus mooi ingedikt is.

3. Proef en breng eventueel verder op smaak.

Claire. Delmarche

Claire Delmarche est née à Jette, a grandi à Forest et vit aujourd’hui à Saint-Josse.
Bruxelles, elle la traverse en tram, en vélo ou à pied, carnet en main et casque sur les oreilles. Formée à l’IHECS, passée par quelques rédactions « où on met plus de temps à remplir un tableau Excel qu’à écrire un article », elle a vite compris qu’elle serait plus libre en dehors des circuits classiques.

Claire aime les histoires à hauteur d’humain. Celles qu’on ne voit pas dans les grands JT. Elle écrit sur la vie des quartiers, les luttes sociales, les brasseries de quartier qui ferment, les collectifs citoyens qui s’organisent, les contradictions bruxelloises qu’on adore détester.

Bilingue (et brusseleir par adoption), elle jongle entre les langues comme entre les tramways de la STIB. Elle refuse la neutralité molle et préfère le regard juste, nuancé, sincère, même s’il dérange.

Membre fondatrice de informations.brussels, elle y signe des papiers bruts, tendres ou caustiques — mais toujours vrais.
Sa devise : « Écouter avant d’écrire. Et toujours relire à voix haute. »