Garnaalkroket

14 jul 2025 | Gastronomie

Garnaalkroket
Rate this post

Historische achtergrond

De garnaalkroket vindt zijn oorsprong in de Belgische en Franse culinaire tradities van de 19e eeuw. In die tijd was het gebruikelijk om restjes vis of vlees te verwerken in kroketten — een vorm van hergebruik die elegant werd opgediend als voorgerecht of hoofdgerecht.

Aan de Belgische kust, waar grijze Noordzeegarnalen rijkelijk voorhanden zijn, ontstond de gewoonte om deze kleine garnalen te verwerken in een romige bechamelsaus en te omhullen met paneermeel. Door de hoge kwaliteit en typische smaak van Belgische garnalen groeide de garnaalkroket uit tot een delicatesse. Het wordt meestal gerserveerd met een fris slaatje , gefrituurde peterselie en citroenpartje

Ingrediënten (voor ± 12 kroketten)

Voor de vulling:

  • 250 g grijze garnalen (gepeld)

  • 60 g boter

  • 60 g bloem

  • 400 ml volle melk (liefst warm)

  • 2 eidooiers

  • 2 blaadjes gelatine (optioneel, voor extra stevigheid)

  • 1 el fijngehakte peterselie (optioneel)

  • Peper, zout, nootmuskaat naar smaak

  • Citroensap (optioneel)

Voor de panering:

  • 2 eieren

  • Bloem

  • Paneermeel (fijn en krokant)


Bereidingswijze

1. Ragout maken (de vulling)

  1. Smelt de boter in een pan zonder te laten bruinen.

  2. Voeg de bloem toe en roer stevig met een garde tot een roux. Laat even garen op zacht vuur (± 2 minuten).

  3. Voeg beetje bij beetje de warme melk toe en blijf roeren tot je een dikke bechamelsaus hebt.

  4. Week ondertussen de gelatine in koud water en knijp uit. Voeg toe aan de saus en laat smelten.

  5. Haal de pan van het vuur. Meng de eidooiers erdoor en roer goed.

  6. Voeg de garnalen toe, samen met peterselie, peper, zout en nootmuskaat. Een klein beetje citroensap kan ook voor extra frisheid.

  7. Giet de massa in een platte schaal, dek af met plasticfolie (op de massa zelf om korstvorming te vermijden) en laat minstens 12 uur opstijven in de koelkast.

Lire aussi :  Mattentaartje

2. Kroketten vormen en paneren

  1. Rol de koude massa in kroketvormen (± 8 à 10 cm lang).

  2. Haal elke kroket eerst door de bloem, daarna door losgeklopt ei, en ten slotte door paneermeel.

  3. Laat ze nog minstens 1 uur rusten in de koelkast (of vries ze in voor later gebruik).


3. Bakken

  • Frituur de kroketten in olie op 180°C tot ze goudbruin en krokant zijn (± 3 minuten).

  • Laat uitlekken op keukenpapier.


0 reacties

Articles Connexes