Historische achtergrond
De garnaalkroket vindt zijn oorsprong in de Belgische en Franse culinaire tradities van de 19e eeuw. In die tijd was het gebruikelijk om restjes vis of vlees te verwerken in kroketten — een vorm van hergebruik die elegant werd opgediend als voorgerecht of hoofdgerecht.
Aan de Belgische kust, waar grijze Noordzeegarnalen rijkelijk voorhanden zijn, ontstond de gewoonte om deze kleine garnalen te verwerken in een romige bechamelsaus en te omhullen met paneermeel. Door de hoge kwaliteit en typische smaak van Belgische garnalen groeide de garnaalkroket uit tot een delicatesse. Het wordt meestal gerserveerd met een fris slaatje , gefrituurde peterselie en citroenpartje
Ingrediënten (voor ± 12 kroketten)
Voor de vulling:
-
250 g grijze garnalen (gepeld)
-
60 g boter
-
60 g bloem
-
400 ml volle melk (liefst warm)
-
2 eidooiers
-
2 blaadjes gelatine (optioneel, voor extra stevigheid)
-
1 el fijngehakte peterselie (optioneel)
-
Peper, zout, nootmuskaat naar smaak
-
Citroensap (optioneel)
Voor de panering:
-
2 eieren
-
Bloem
-
Paneermeel (fijn en krokant)
Bereidingswijze
1. Ragout maken (de vulling)
-
Smelt de boter in een pan zonder te laten bruinen.
-
Voeg de bloem toe en roer stevig met een garde tot een roux. Laat even garen op zacht vuur (± 2 minuten).
-
Voeg beetje bij beetje de warme melk toe en blijf roeren tot je een dikke bechamelsaus hebt.
-
Week ondertussen de gelatine in koud water en knijp uit. Voeg toe aan de saus en laat smelten.
-
Haal de pan van het vuur. Meng de eidooiers erdoor en roer goed.
-
Voeg de garnalen toe, samen met peterselie, peper, zout en nootmuskaat. Een klein beetje citroensap kan ook voor extra frisheid.
-
Giet de massa in een platte schaal, dek af met plasticfolie (op de massa zelf om korstvorming te vermijden) en laat minstens 12 uur opstijven in de koelkast.
2. Kroketten vormen en paneren
-
Rol de koude massa in kroketvormen (± 8 à 10 cm lang).
-
Haal elke kroket eerst door de bloem, daarna door losgeklopt ei, en ten slotte door paneermeel.
-
Laat ze nog minstens 1 uur rusten in de koelkast (of vries ze in voor later gebruik).
3. Bakken
-
Frituur de kroketten in olie op 180°C tot ze goudbruin en krokant zijn (± 3 minuten).
-
Laat uitlekken op keukenpapier.

Claire Delmarche est née à Jette, a grandi à Forest et vit aujourd’hui à Saint-Josse.
Bruxelles, elle la traverse en tram, en vélo ou à pied, carnet en main et casque sur les oreilles. Formée à l’IHECS, passée par quelques rédactions « où on met plus de temps à remplir un tableau Excel qu’à écrire un article », elle a vite compris qu’elle serait plus libre en dehors des circuits classiques.
Claire aime les histoires à hauteur d’humain. Celles qu’on ne voit pas dans les grands JT. Elle écrit sur la vie des quartiers, les luttes sociales, les brasseries de quartier qui ferment, les collectifs citoyens qui s’organisent, les contradictions bruxelloises qu’on adore détester.
Bilingue (et brusseleir par adoption), elle jongle entre les langues comme entre les tramways de la STIB. Elle refuse la neutralité molle et préfère le regard juste, nuancé, sincère, même s’il dérange.
Membre fondatrice de informations.brussels, elle y signe des papiers bruts, tendres ou caustiques — mais toujours vrais.
Sa devise : « Écouter avant d’écrire. Et toujours relire à voix haute. »
0 reacties